De reis Tupiza - Buenos Aires (deel 2)
De bus rijdt onverstoorbaar door het bergachtige gebied. Op deze hoogte is er niet veel vegetatie. Er groeien vooral veel cactussen tegen de rode rotsen. Mijn gedachten gaan terug naar de perikelen bij de grensovergang.
Tussen het plaatsje Villazón (Bolivia) en La Quiaca (Argentinië) bevindt zich een hoge brug. Dat is de grens. In het het Boliviaanse douanekantoortje was het niet druk. We kregen direct het uitreisstempel in ons paspoort van een vriendelijke beambte. Aan de andere kant van de brug, bij de Argentijnen, was de sfeer heel anders. Overal grote waarschuwingsborden met dreigende teksten en veel militairen. Zij communiceren met voorbijgangers door driftig op een fluitje te blazen en dan geïrriteerd gebaren te maken. Heel sporadisch gaat er een auto de grens over. Het merendeel van de reizigers gaat te voet. Met de ouders van Lilian, haar zus Elffy en nichtje Alexis passeerden we de grens. De bagage werd door een jongetje meegevoerd op een handkar. Als je gewoon wilt doorlopen houdt niemand je tegen. Dus de anderen konden vast vooruit om kaartjes voor de bus naar Buenos Aires te kopen. Alleen de bagage moest op een tafel worden gehesen om te worden onderzocht. De Boliviaanse grensplaats is tegen de grens aangebouwd, met heel veel winkels en bedrijvigheid. Aan de Argentijnse kant heb je eerst een tijd niets, je loopt bergop door het stof tot je bij de rand van het plaatsje komt. Een stukje verder is het busstation.
Maar zo ver waren wij nog lang niet. Lilian en ik hadden natuurlijk een inreisstempel nodig, dus wij sloten aan bij de rij voor het loket. Heel langzaam ging het. Na drie kwartier wachten in de ochtendzon stonden we eindelijk voor het loket. Ik overhandigde beide paspoorten aan de twee douaniers. Hij legde ze eerst maar eens even voor zich op het bureau. Na vijf minuten wachten pakt de man de paspoorten op. Hij bladert de mijne even door, zette er een stempel in en smeet hem op het bureau. even later hield hij het Boliviaanse paspoort van Lilian omhoog.
- Van wie is dit?
Van mij, zei Lilian.
- Waar is je visum?
Visum?
Dat bleek weer iets nieuws te zijn. Bolivia is kandidaat voor MercoSur, wat een soort Zuid-Amerikaanse versie van de EU zou moeten worden, maar daarvan is hier niets te merken. Bolivianen moeten nu opeens een visum hebben om Argentinië in te komen. Voor Chilenen, Brazilianen, Europeanen of Amerikanen geldt dat niet. Wat hield dat visum in? Dat Lilian weer helemaal terug moest lopen naar Villazon om daar een winkel te zoeken waar men een fotokopie kon laten maken van haar paspoort. Toen dat na een half uur was gebeurd, gaf ze haar paspoort met de kopie weer aan de Argentijnse commandant. Daarna moesten we weer wachten. Na twintig minuten zag ik dat el comandante het paspoort aan de man achter het loket gaf. Nu moesten we extra goed opletten, want om de zoveel tijd riep de douanier vanachter dat loket wat namen om. Degenen die buiten stonden te wachten moesten dus heel goed opletten en zich concentreren om die stem die van binnenuit kwam over het geroezemoes en straatgeluid heen te horen. Na weer een half uur was het dan zo ver. Waarvoor we een kopie moesten laten maken van het paspoort was ons een raadsel. Lilian had in haar paspoort gewoon exact hetzelfde stempeltje als ik, en de kopie zelf kregen we weer terug, zonder dat er iets mee was gedaan. Gewoon weer een pesterijtje van de Argentijnen tegenover Bolivianen. Maar goed, we konden dan eindelijk door.
Terwijl ik dit zit te overpeinzen in de rijdende bus, zie ik dat een van de chauffeurs het gordijntje weer ophangt. De man lijkt qua uiterlijk en mimiek sprekend op acteur Robert de Niro. Hij ziet me zitten en vraagt of zo alles in orde is. Ik loop het trapje af en zeg dat we hadden afgesproken dat hij zou regelen dat ik en mijn vrouw naast elkaar zouden zitten. Natuurlijk! Zeker! Geen probleem! Gaan we regelen! Roept hij. Ik ben benieuwd...
Volgende keer deel 3: de eerste controles in Argentinië.




