Te paard
Bolivia is ongeveer 36 keer zo groot als Nederland. De republiek is verdeeld in departementen, die weer zijn verdeeld in provincies. Tupiza is de hoofdstad van de provincie Sud Chichas. Het is een stadje van ongeveer 30.000 inwoners in totaal. Dat is inclusief de vele dorpen en gehuchten in de omgeving. Aangezien Tupiza een centrumfunctie vervult, is het een levendig stadje. Veel mensen komen hier om dingen te kopen of te verkopen op de markt. Na jaren van slapte begint de laatste tijd de mijnbouw weer op te leven. In Tupiza zie je veel winkels met spullen voor mijnwerkers, zoals houwelen, dynamiet en lampen. Verder worden er in de vallei veel gewassen verbouwd. Tot slot verdient menigeen hier een centje aan het toerisme. Hele groepen rugzaktoeristen komen hier langs. De belangrijkste attracties zijn de vierdaagse tochten naar het zoutmeer van Uyuni en de paardrijtochten in de omgeving.

Onlangs heb ik zelf een kort tochtje te paard gemaakt, samen met twee jonge Australische toeristen, broer en zus. Vanuit het familebedrijf Valle Hermoso worden deze tochten georganiseerd. Eerlijk gezegd voel ik met beter thuis op een motor van 150 pk dan op zo'n beest van 1 pk. In het begin is het wel spannend. De Australiers hadden nog nooit gereden, dus we begonnen rustig, in wandeltempo. Mijn paard was waarschijnlijk de leider, hij ging voorop lopen en de rest volgde. Buiten Tupiza ligt een uitgestrekt landschap met veel cactussen en grillige rode bergen. Het is net het decor van een cowboyfilm. Na enige tijd bereikten we La puerta del diablo, de poort van de duivel. Even verderop is de Valle de los machos, de 'vallei van de stoere mannen'.
Je kunt wel zien waarom het hier zo heet, vroeg ik aan Michael de Australier, wijzend op de enorm hoge zuilen van rotsen, die als metershoge fallusen omhoog stonden. Hij zag het niet direct, maar zijn zus wel. Ik vond het nu wel tijd om mijn paardje eens de sporen te geven. Gewoon met je hakken in zijn buik porren en hoppa, hij ging over in gestrekte draf. Het gaat wat sneller, maar het is op den duur wel erg ongemakkelijk. Je krijgt er een enorm beurse kont van. Hoe doen ervaren ruiters dat? Hebben ze eelt op hun achterste of is het een kwestie van techniek? Vermoedelijk een combinatie van beide.

Ik trapte wat harder en sloeg met mijn petje zo hard als ik kon op de kont van het paard. En jawel, hij ging over in galop. Dat gaat lekker hard en het lijkt alsof je in een oude Citroën rijdt, zo comfortabel. Al snel kwamen we aan bij de Cañon del Inca. Het is een kloof in de bergen die steeds nauwer wordt. Aan het einde komt wat water uit de bergen gestroomd. De paarden kunnen hier wat drinken en de rijders kijken wat rond. We ontmoetten hier een paar andere groepen. Op de terugweg weer een stukje in galop. Omdat de rest wat achterbleef, kon ik wat oefenen met sturen, remmen en dat soort dingen. Soms doet het paard wel wat ik wil, maar meestal niet. Mijn paard was soms erg eigenwijs en deed gewoon zijn eigen zin. Het is toch wel een kunst. Tupiza kent een rijke ruitertraditie, dus misschien ga ik later deze week nog wat verder oefenen.


3 Comments:
Hoi Jeroen,
Leuke foto: jij met het eigenwijze paard!
Twee eigenwijsjes bij elkaar.
Fijn om weer een verslag te kunnen lezen.
Groetjes maar weer vanuit een heel lawaaierig Kloosterburen. De kinderen zijn natuurlijk al de hele dag bezig met hun vuurwerk.
madre Joke
Ah Jeroen, daar ben ik nog een keer.
Ik heb het stukje gevonden hoor!
Leuk het weerzien met de familie.
Ook heel leuk de foto's!!!!!
He een beetje heimwee naar daar.
Bert wacht op me. Dus nogmaals
Recuerdos,
madre Jke
hallo daar hier wil ik jullie ook even de beste wensen sturen. wat zie ik ga je nu op de andere tour , van het ijzeren ros (motor) naar het paard? staat goed hoor. doe iedereen maar de groeten van ons . ik lees wel je verslagen hoor.ank
Post a Comment
<< Home